Voorbeeld uit de praktijk
Tijdens een periodiek begeleidingsoverleg vertelt manager Henk over Carla, een medewerkster met eetstoornissen. Carla wil een therapie van een week volgen en beide partijen gaan ervan uit dat Carla zich voor die week ziek meldt. Ik geef Henk in overweging dat Carla niet ziek is en die week normaal gesproken zou komen werken. Vervolgens vraag ik waarom Carla zich die week ziek zou melden. Henk realiseert zich dat er sprake is van een automatisme dat kan worden doorbroken. Hij bespreekt de ziekmelding met Carla. Na het gesprek besluit Carla zich voor haar therapie niet ziek te melden, maar een week vakantie op te nemen. De namen van Henk en Carla zijn gefingeerd.
Marieke heeft rugklachten en ze heeft het advies gekregen meer afwisseling aan te brengen in haar houding. Ze kan het best afwisselend zitten, staan en lopen. Haar huidige bureau is alleen niet in hoogte verstelbaar, waardoor ze maar drie uur per dag kan werken. Op mijn advies besluit Marieke’s werkgever een elektronisch in hoogte verstelbaar bureau te huren. In twee dagen wordt het bureau geleverd en geïnstalleerd. Dankzij het nieuwe bureau kan Marieke zes uur per dag werken. De naam van Marieke is gefingeerd.
Medewerker Koos valt regelmatig uit vanwege oorontstekingen. Volgens Koos is daar niets aan te doen. Met zijn manager Charlotte bespreek ik of het mogelijk is Koos te stimuleren om -in samenwerking met zijn huisarts en het ziekenhuis- toch uit te laten zoeken hoe hij de ontstekingen kan voorkomen. Het resultaat is dat Koos nu periodiek naar de poli van de KNO-arts gaat en al geruime tijd niet heeft hoeven verzuimen vanwege oorontstekingen. De naam van Koos is gefingeerd.